-
1 arise
v. wakker worden; opstaan; oprijzen, ontstaan; optreden1 zich voordoen ⇒ gebeuren, optreden♦voorbeelden:a thunderstorm arose • er stak een onweer op2 arise from • voortkomen uit, het gevolg zijn van -
2 difficulties have arisen
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский